Deze keer een blik 'in de keuken' van de TOA's
Practica vormen een essentieel onderdeel van het bèta-onderwijs, waarin de leerlingen de vereiste praktische vaardigheden leren. De practica dragen bij aan een beter begrip van de theorie, die de leerlingen uiteindelijk moet beheersen en bieden extra ruimte voor interactie tussen leerlingen en de docent of de TOA en bevorderen de samenwerking tussen de leerlingen onderling.
TOA’s, Technische Onderwijs Assistenten, zorgen voor de hele organisatie rondom practica. Op het HWC zijn voor natuurkunde, scheikunde, biologie en NLT drie TOA’s aanwezig, nl. dhr. Sprenger, dhr. Gradussen en mevr. Huijten. Wij bestuderen nieuwe producten, doen voorstellen voor de aanschaf van nieuwe spullen en houden contact met de leveranciers. Naast de inkoop en het op peil houden van voorraden van bijvoorbeeld chemicaliën, wegwerppipetten, glaswerk, handschoenen en lucifers zorgen wij ook voor het beheer van de spullen en het onderhouden van apparatuur zoals de waterbaden, de autoclaaf en de microscopen. Dit allemaal om voor een practicum de proeven te kunnen uittesten, eventueel te verbeteren en klaar te zetten, zodat de leerlingen veilig aan de slag kunnen of de docent een succesvolle demonstratie kan geven. Na de proeven en demonstraties moet alles weer opgeruimd, schoongemaakt of afgevoerd worden met in achtneming van de wettelijke regels.
Het afgelopen jaar hadden we een extra klus nl. het aanpassen van de proeven om deze op een veilige manier (met 1,5 meter afstand) te kunnen doen, voor zover dit mogelijk en verantwoord was. De veiligheid van leerlingen staat hoog in ons vaandel.
Normaalgesproken zijn wij regelmatig aanwezig bij practica om leerlingen te helpen met de proeven en uitleg te geven. Om dit werk te kunnen doen moet een TOA dus in staat zijn de proeven te doorgronden en dit inzicht over te brengen op de leerling. Door de Coronamaatregelen hebben we de leerlingen veel minder gezien. Afgelopen week konden we eindelijk weer een demonstratie en uitleg (van de gaschromatograaf) geven aan een halve klas, terwijl de docent lesgaf in het lokaal ernaast aan de andere helft van de klas. Dat gaf heel veel voldoening!
Nancy Huijten
